Besnijdenis, traditionele kleding
De kleermakerservaring begint met het selecteren van de fijnste stoffen, het kiezen van de stijl en snit en het toepassen van technieken die zullen resulteren in de beste kwaliteit voor het doel. De textielverwerker heeft een oprechte toewijding aan ambacht, personalisatie en erfgoed dat verweven is met elk aspect van de collecties.
Vakmanschap in de traditionele kleding reikt van fijn machinaal naaien tot meer arbeidsintensief handwerk dat nodig is voor uitgebreide verfraaiingen. Het is deze inspirerende behendigheid van de menselijke hand die het eindproduct een unieke traditionele identiteit geeft.
Borduren is bijna net zo beroemd als het weven en verven. Door de eeuwen heen hebben zich specifieke regionale stijlen ontwikkeld, waarbij een grote verscheidenheid aan steken en materialen is gebruikt. In de 17e eeuw werd het mooiste borduurwerk zeer gewaardeerd door zowel de Islamitische diaspora als de Europese consumenten.
Vezel is het kleinste onderdeel van een stof: vezels worden typisch tot garen gesponnen en garens worden gebruikt om stoffen voor traditionele kleding te vervaardigen. Fiber heeft een haarachtig uiterlijk en een hogere lengte-breedteverhouding. De bronnen van vezels kunnen natuurlijk, synthetisch of beide zijn. De technieken van vilten en verlijmen zetten vezels direct om in stof. In andere gevallen worden garens gemanipuleerd met verschillende weefselproductiesystemen om verschillende weefselconstructies te produceren. De vezels worden gedraaid of opgemaakt om een lange, ononderbroken draad van garen te maken. Garens worden vervolgens gebruikt om verschillende soorten stof te maken door te weven of vlechten. Na productie worden textielmaterialen verwerkt en afgewerkt om waarde toe te voegen, zoals esthetiek, fysieke kenmerken en verhoogde bruikbaarheid. Het vervaardigen van textiel is de oudste industriële kunst. Verven, bedrukken en borduren zijn allemaal verschillende decoratieve kunsten die worden toegepast op textielmaterialen.
Niet alleen kleding geeft de feestelijke traditionele waarde, ook de accessoires zoals hoofddeksels en andere attributen dragen bij aan de feestelijke sfeer bij een culturele besnijdenis.
Deel van een besnijdeniskostuum van een jongen
Op de voorkant van het hoofddeksel is “Masallah” (Wat God wil) geschreven. Er horen vaak een scepter, pelerine, broek en hemd bij dit kostuum. Dit soort kostuums werd vermoedelijk in de 19de eeuw geïntroduceerd.
De besnijdenis is een belangrijke islamitische traditie. Een besneden jongen wordt gezien als een volwaardige moslim en man. Jongens worden besneden vóór zij de leeftijd van 8 of 9 jaar bereiken. In het bijzijn van de familie en onder het lezen van bepaalde Koranverzen wordt het kind op een bed gelegd. Een soort suikeroom (kirve) helpt in traditionele setting mee tijdens de besnijdenis. Na de besnijdenis wordt het kind overladen met geschenken en snoepgoed.
Meestal steekt men de jongen in een prachtig wit “feest-kostuum” met cape, lint over de schouder, een kapmanteltje en een scepter of zwaardje. In het verleden werd de jongen op een paard door de stad of dorp rondgereden in besnijdeniskostuum.
In de huidige islamitische wereld wordt de besnijdenis gevierd als een speciaal feest waarbij kinderen zich verkleden in mooie kostuums en geschenken krijgen. Voor deze feesten worden amusement en soms hele banketten georganiseerd. Met name “Ottomanen” hechtten veel belang aan de besnijdenis, die wordt geaccepteerd als de eerste speciale dag voor jongens, de tweede is hun trouwdag. Er wordt amusement voor kinderen georganiseerd. Op de dag van het feest richt iedereen zich op het geluk van de jongen die zal worden besneden.
Vandaag de dag rijden jongens en familie in een versierde auto toeterend langs de straten van de stad. Een bezoek aan de moskee voor de besnijdenis wordt ook wel gedaan. Het besnijdenisbed is versierd door vrouwen met geborduurde stoffen en papieren feestdecoraties. Het seizoen is bij voorkeur de late zomer of vroege herfst tijdens de schoolvakantie, zodat de jongen weer helemaal hersteld is als de school in oktober begint. Vaak zal een rijkere vader het feest organiseren voor zijn eigen zoon en voor enkele klasgenootjes.
Sommige ouders in de grote steden laten hun zoon besnijden in het ziekenhuis of kliniek binnen 3-4 maanden na de geboorte. Dit heeft veel voordelen, zoals een snellere genezing (zuigelingen meestal binnen één week), daarbij ervaart het kind de besnijdenis als minder ingrijpend en de aandacht wordt al snel verlegd.
Vroeger, op het platteland, was de besnijder, de sünnetçi, een barbier, maar deze functie is overgenomen door een arts in een kliniek of ziekenhuis.
Als de tijd daar is, ontvangt de jongen zegeningen van zijn ouderen… en dan komen dierbaren samen om hem aan te moedigen. In de kliniek ondersteunen zijn trotse ouders hun zoon liefdevol als hij de dokter ontmoet.